Over Duitsland in 1933, het jaar waarin Adolf Hitler rijkskanselier werd en de nazi’s op enkele maanden tijd alle andersdenkenden uitschakelden, zijn al meerdere boeken verschenen. Eind jaren tachtig was er 1933 van Philippe Metcalfe, vijf jaar geleden opnieuw gepubliceerd in het Nederlands. Vorige maand verscheen Februari 1933. De winter van de literatuur van Uwe Wittstock in een Nederlandstalige vertaling. Maar – Eigen Volk Eerst! – begin met Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts van Dirk Verhofstadt te lezen (foto hierboven © RV).
Dirk Verhofstadt reconstrueert dag na dag, van 1 januari tot en met 31 december 1933, de turbulente ontwikkelingen in Duitsland. Weinigen namen Hitler serieus, zeker niet in de jaren twintig met zijn mislukte ‘Bierkellerputsch’ op 9 november 1923, maar evenmin na zijn spectaculaire verkiezingsoverwinningen in september 1930 (18,2 % van de stemmen, tweede grootste partij) en juli 1932 (37,3 %, grootste partij). Bij de verkiezingen in november 1932 blijft de Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei (NSDAP) van Hitler de grootste partij, maar verliest twee miljoen stemmen in vergelijking met de verkiezingen een paar maanden eerder. Hitlers ideeën, die iedereen kon lezen in zijn in 1925 verschenen boek Mein Kampf, zijn ronduit immoreel, extremistisch en gewelddadig. In zijn inleiding legt Dirk Verhofstadt kort uit in welke tijdsgeest de schor schreeuwende volksmenner Hitler kon doorbreken.
Kurt von Schleicher, die op 3 december 1932 door rijkspresident Paul von Hindenburg is benoemd tot rijkskanselier (= eerste-minister) probeert vergeefs een regering te vormen. Op 4 januari 1933 komen voormalig rijkskanselier Franz von Papen en Adolf Hitler, en Rudolf Hess en Heinrich Hummler, in het geheim bijeen in het huis van bankier Kurt von Schröder die de nazi’s financieel ondersteunt. Papen wil Schleicher opzij zetten en stelt een samenwerking voor van de nationalisten en nationaalsocialisten. Hitler heeft er alleen oor naar als hijzelf rijkskanselier kan worden. Hij rekent op Papen om dat aan te praten bij Hindenburg. Hindenburg weigert evenwel Hitler als rijkskanselier. Op 18 januari heeft Adolf Hitler een gesprek onder vier ogen met Oskar von Hindenburg, zoon van de rijkspresident. Waarschijnlijk wijst Hitler de zoon op een mogelijk schandaal over ontduiken van successierechten en duistere beursaffaires van Oskar von Hindenburg. Op 30 januari kan Papen de tegenstribbelende Hindenburg uiteindelijk overhalen om Hitler tot rijkskanselier te benoemen. Iets wat zoon Oskar zijn vader is komen influisteren, kan daarbij geholpen hebben.
“Als de nazi’s mee gaan regeren, zullen ze impopulaire maatregelen moeten nemen en snel hun aanhang verliezen”, denkt Papen die zelf vicekanselier wordt. Bovendien krijgen de nazi’s slechts drie van de elf ministerposten. Maar er zijn wel twee ministers op sleutelposities: Wilhelm Frick als minister van Binnenlandse Zaken en Hermann Göring als minister zonder portefeuille maar voorzitter van de Rijksdag (= parlement) en minister van Binnenlandse Zaken in de belangrijke deelstaat Pruisen. Op 29 januari hebben nog 100.000 socialisten met een betoging in Berlijn geprotesteerd tegen de mogelijkheid dat Hitler rijkskanselier zou worden, maar tevergeefs. Op 1 februari breken overal in het land gevechten uit tussen de Sturmabteilung (SA, Bruinhemden), een door Hitler in 1921 opgerichte knokploeg, en hun tegenstanders. De eerste socialisten en communisten worden neergeschoten of -gestoken door de nazi’s. Hitler kondigt na het verbieden van alle andere politieke partijen nieuwe verkiezingen aan.

Het zou ons te ver brengen om het hele relaas vanaf dan verkort weer te geven. Maar stelselmatig worden alle tegenstanders uit de weg geruimd. Is het niet fysiek, dan met regeringsbesluiten waarbij politieke partijen en anderen verboden worden. Men laat bijvoorbeeld toe dat op 1 mei grote vakbondsdemonstraties worden gehouden, maar op 2 mei ’s morgenvroeg worden de vakbondsleiders aangehouden en de vakbondslokalen bezet. De kerk is aanvankelijk afkerig van het nationaalsocialistisch regime, maar gaat overstag en looft de nieuwe regeringsleider spijts de jacht op Joden die intussen ontketend is. Bij de bezetting van ons land worden tussen oktober 1940 en september 1942 door het Duits militair bestuur zeventien verordeningen uitgevaardigd om Joodse mensen van het sociaaleconomisch leven uit te sluiten. De meeste van die maatregelen worden in Duitsland al in 1933 ingevoerd. Alleen het dragen van een gele Davidster is van een latere datum. De Belgische regering kan niet zeggen dat ze niet wist wat er zou gebeuren als Duitsland België binnenvalt, maar toch stelt ze zich ‘neutraal’ op.
Dirk Verhofstadt maakt niet de link naar België in de aanloop naar en in de jaren veertig, maar internationaal naar wat er de jongste jaren gaande is. Gebeurtenissen in Duitsland in 1933 brengen hem ertoe om te schetsen hoe nu gelijkaardige zaken gebeuren met Donald Trump, Vladimir Poetin en extreemrechts in Europa (Hongarije, Polen, Duitsland, Frankrijk, Italië, Griekenland, België…). Zo komen achtereenvolgens aan bod: 1. het salonfähig maken, 2. autoritarisme, 3. ‘omvolking’, 4. interne tegenspraak, 5. homohaat, 6. ondemocratisch, 7. anti-establishment, 8. verbaal geweld, 9. dehumanisering, 10. verklikken, 11. knokploegen, 12. ‘gezond volksgevoel’, 13. ‘leugenpers’, 14. abortusverbod, 15. biologisch racisme, 16. extreemrechts geweld, 17. volksgemeenschap, 18. afstamming, 19. Hitlergroet, 20. zondebokken, 21. nazitaal, 22. propaganda, 23. ‘volksverraders’, 24. nostalgie, 25. deportatie, 26. ‘eigen volk eerst’, 27. antikosmopolitisme, 28. ‘ontaarde kunst’, 29. antisemitisch vandalisme, 30. martelaren, 31. Hitleradoratie, 32. nataliteit, 33. leugens, en 34. kritiek op rechters.
Daarbij valt op dat Dirk Verhofstadt goed op de hoogte is van wat allemaal bij Alternative für Deutschland (AfD) uitgekraamd wordt. Anderzijds staat bij de 872 verwijzingen naar boeken en artikels maar eenmaal een verwijzing naar Apache, terwijl daar toch vaak lezenswaardige artikels over extreemrechts verschijnen. De ene keer dat Apache wél geciteerd wordt, is in feite de overname van een Antifascista Siempre-artikel. In een nawoord vraagt Dirk Verhofstadt zich af of we dezelfde weg opgaan als in de jaren dertig. Dirk Verhofstadt citeert Nobelprijswinnaar voor Literatuur José Saramago die erop wees dat “de fascisten van de toekomst er niet zullen uitzien als Hitler of Mussolini. Ze zullen niet dat harde militaire hebben. Het zullen mannen zijn die praten over wat de meerderheid wil horen. Over vriendelijkheid, familie, goede manieren, religie en ethiek. Op dat moment duikt een nieuwe duivel op en weinigen zullen zien dat de geschiedenis zich herhaalt”.
Filip Dewinter heeft een klacht wegens laster en eerroof ingediend tegen Dirk Verhofstadt. Dewinter klaagt in een tweet mét het door hem gewraakte filmpje dat in een promotiefilmpje voor het jongste boek van Dirk Verhofstadt hijzelf, Dries Van Langenhove en Sam Van Rooy te zien zijn “samen met beelden van jodenvervolging, hitler, holocaust enz…”. Dat Dewinter in zijn tweet al eens vergeet een hoofdletter te typen, het zij zo. Het filmpje toont als historische foto’s enkel foto’s uit 1933, bijgevolg is er geen foto bij van de Holocaust. Een derde, en pijnlijkste, fout is dat Dewinter in een reactie aan De Morgen zegt: “Ik heb zijn boek niet gelezen en ga dat ook niet doen.” Dát is ongelofelijk dom.
Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts is een boek op hetzelfde niveau als Nieuw België. Een migratiegeschiedenis van Tom Naegels dat terecht de prijs kreeg van Belangrijkste Boek van 2021. Straf werk!
Dirk Verhofstadt, Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts, Houtekiet, 405 blzn., 29,99 euro.
