Het houdt veel mensen in de ban: hoe kan het dat Jürgen Conings, die wapens stal uit de legerkazerne van Leopoldsburg en dreigementen uitte richting viroloog Marc Van Ranst en een moskee in Eisden (Maasmechelen), en bovendien nog andere doelwitten kan hebben, nog niet teruggevonden is sinds hij maandagavond 17 mei 2021 niet meer verscheen bij zijn vriendin en kinderen? Is Jürgen Conings in de leer gegaan bij Tomas Boutens met wie Conings als beroepsmilitair samen op missie was in Afghanistan in 2003? Tegen dat de rechtszaak over het neonazistische Bloed Bodem Eer Trouw (BBET) begon in 2011 leek BBET-kopstuk Tomas Boutens van de aardbodem verdwenen te zijn, en toen Boutens de gevangenis in moest als gevolg van zijn veroordeling, moest het FAST-team van de federale politie hem opsporen en inrekenen (foto hierboven © cc. Flickr/Nick Fewings).
Na jarenlange vertragingsmanoeuvres van de advocaten van de verdediging start op 12 september 2011 in Dendermonde de rechtszaak tegen leden van de neonazistische groep die bekend staat onder de naam van haar tijdschrift en website Bloed Bodem Eer Trouw (BBET). Een organisatie van het slag van Blood & Honour / Combat 18, maar niet erkend door de internationale leiding van dit neonazistisch netwerk. Er zijn zeventien mensen gedagvaard om voor de rechtbank te verschijnen, maar op de eerste zittingsdag geeft maar een kleine meerderheid daar gehoor aan. Belangrijkste afwezige is Tomas Boutens. Volgens de advocaat van Boutens moet men zich niet ongerust maken. Hij staat in contact met zijn cliënt die intussen volgens zijn advocaat zijn politieke ideeën en vrienden heeft afgezworen, en enkel nog geïnteresseerd is in motorrijden.
Slechts weinigen weten dat Boutens in Noord-Holland verblijft, waar hij maar zelden contact heeft met de buitenwereld. “Het was niet de bedoeling dat mijn locatie algemene kennis zou worden”, zei Boutens daarover later. Na een tip van de staatsveiligheidsdienst AIVD houdt de Nederlandse politie op 18 oktober 2011 in Noord-Holland een auto staande waarin Tomas Boutens en drie Nederlandse leden van Ulfhednar, een splintergroep van Blood & Honour, zitten. In de auto liggen wapens. Bij een huiszoeking diezelfde avond worden nog meer wapens gevonden. Drie jaar later worden de vier veroordeeld voor wapenbezit, waarbij Boutens de zwaarste straf krijgt: tien maanden cel waarvan zes maanden voorwaardelijk.

Boutens verneemt dat VRT-reporter Rudi Vranckx Boutens wil interviewen voor het programma De vloek van Osama. In de regel gaat Boutens niet in op vragen van de media, maar volgens Boutens zou anders “een figuur zonder veel verstand” geïnterviewd worden, en dat wil Boutens ten alle prijze vermijden. Opdat men niet te weten zou komen dat Boutens zich in Noord-Holland schuilhoudt, wordt in Noord-Frankrijk een verkennend gesprek gevoerd met de producer van het VRT-programma. Het interview zou ergens anders in Noord-Frankrijk doorgaan. Zodra Rudi Vranckx op de afgesproken datum in Noord-Frankrijk is, wordt hij opgebeld met de mededeling dat de locatie veranderd is en Boutens geïnterviewd kan worden in café De Klokke in Duffel. Wat ervan uitgezonden werd, is bewaard gebleven door de in 2013 helaas veel te vroeg overleden Marc Sabbe (‘kaya41’).
Nu hij toch terug in België is, besluit Boutens er te blijven en verschijnt hij vanaf de tweede zittingsdag telkens weer bij elke rechtbankzitting in de BBET-zaak tot en met de dag dat het vonnis wordt uitgesproken, vrijdag 7 februari 2014. Openbaar aanklager Ann Fransen vraagt de onmiddellijke aanhouding van Boutens in de rechtbankzaal. Boutens is de enige waarvoor ze het vraagt, maar de rechter gaat er niet op in. Boutens verlaat de rechtbankzaal in Dendermonde als een voorlopig vrij man, tussen een erehaag die gevormd wordt door leden van de Mjölnir-motorclub.
Er zijn geen aanwijzingen dat Boutens zich vrijwillig zal melden voor de vijf jaar cel, waarvan één jaar voorwaardelijk, waartoe hij veroordeeld is. Het FAST-team van de federale politie, dat gespecialiseerd is in het opsporen van voortvluchtige personen, wordt op pad gestuurd. Boutens, die officieel in de buurt van Dendermonde (prov. Oost-Vlaanderen) woonde, wordt in het Limburgse Hamont-Achel gelokaliseerd en opgepakt. Martin Van Steenbrugge, het toenmalig hoofd van het FAST-team, vertelde vorige week in Het Nieuwsblad hoe dat te werk ging.
Martin Van Steenbrugge: “De fout die hij uiteindelijk maakte, was op Facebook contact leggen met een vrouw. Recht tegenover haar huis was een school, en van daaruit hielden we haar woning in de gaten. Na enkele uren is een van onze mensen over de muur geklommen, en die zag de motor van Boutens staan. We herkenden hem aan de swastika in de achteruitkijkspiegel.” Drie vierde van zijn celstraf heeft Boutens effectief achter gevangenismuren gesleten, het laatste jaar werd hij met een enkelband onder elektronisch toezicht geplaatst. In de gevangenis kon Boutens veel lezen en sporten, en schreef hij een vuistdik boek over het Noords heidendom.

Eens zijn celstraf uitgezeten, blijft Boutens discreet over zijn activiteiten. Zaterdag 12 oktober 2019 bijvoorbeeld verzamelt in Oostende een groep rechtsextremisten van de Autonome Nationalisten Vlaanderen, Right Wing Resistance Vlaanderen, Project Thule en wat Nikki Sterkenburg omschrijft als ‘freelance rechtsen’. Ze bezoeken er de Atlantikwall in Raversyde. Een van de best bewaarde restanten van de Duitse verdedigingslinie tijdens de Eerste en de Tweede Wereldoorlog. De bijeenkomst is niet publiek bekendgemaakt. Later op de dag is er nog een vergadering met rechtsextremisten in Wetteren. Ook hiervoor moet je persoonlijk uitgenodigd zijn. Een Voorpost-militante die mee is, plaatst ’s anderendaags een reeks foto’s op Facebook. De twee foto’s waarop Tomas Boutens mee te zien is, blijven evenwel geen 24 uur online staan. Dat Boutens erbij was, mocht niet bekend geraken buiten de eigen groep. Hoe hoger in de hiërarchie, hoe meer men uit beeld probeert te blijven.
