Voorbije zaterdag publiceerde De Standaard een artikel naar aanleiding van een bericht op de Facebookpagina van de West-Vlaamse regionale televisiezender Focus ӏ WTV op 21 januari 2020 over een zoektocht naar schipbreukelingen nadat een bootje met vluchtelingen ter hoogte van De Panne was gezonken. Er werd massaal gereageerd met racistische uitspraken. De Standaard waarschuwt: “Voor u mensen met ratten vergelijkt op Facebook, of schrijft ‘laat ze maar verdrinken’, denkt u best aan de mogelijke gevolgen, voor anderen en voor uzelf. Haat op sociale media wordt vervolgd.” “Maar”, zo vervolgt de krant, “brengt vervolging ook mensen tot inkeer?”
Journalist Wouter Woussen maakt een balans op aan de hand van vijf vonnissen: twee voor overtredingen van de wet tegen racisme op Twitter en drie voor soortgelijke inbreuken op Facebook. Een vonnis van 24 april 2018 in Antwerpen wegens belaging en racisme op Twitter ten overstaan van columniste-onderneemster Yasmien Naciri en nog een tweede persoon; en een vonnis van 5 juni 2019 in Antwerpen voor onder andere aanzetten tot haat en geweld op basis van racistische denkbeelden ten aanzien van Unia-directeur Els Keytsman en voormalig Unia-medewerkster Rachida Lamrabet (met tweets zoals bijvoorbeeld: “Iemand vroeg mij wat ik met moslims wil doen? Welnu, moslims moeten worden uitgemoord, en de collabo’s voor een volksgericht (sic) gesleept!”
Een vonnis van 30 juni 2017 in Antwerpen tegen Gunther Vleminx (Vlaamse Verdedigings Liga) die op Facebook onder andere racistisch reageerde op de dood van een 15-jarige jongen van Marokkaanse afkomst uit Genk die overleed bij een ongeluk met een quad; een vonnis van 16 oktober 2018 in Gent tegen Noël Cazaerck die moslims op Facebook onder andere vergeleek met “kakkerlakken”; en een vonnis van 27 november 2019 in Kortrijk tegen Henki Devos die als ‘Tom Van Vlaanderen’ allerlei berichten op Facebook plaatste die racistische commentaren uitlokten, commentaren die vervolgens geliket werden door ‘Tom Van Vlaanderen’.
Om tot een veroordeling te komen op basis van de wet tegen racisme moeten de geviseerde uitspraken voldoen aan meerdere criteria. Ze moeten (en vergeef ons dat we de termen uit de wet gebruiken) openbaar geuit zijn; aanzetten tot; discriminerend zijn, haat en/of geweld oproepen; gericht zijn op personen, groepen, gemeenschappen en/of leden ervan; op grond van een beschermd criterium (“omwille van hun afkomst, nationale of etnische afstamming en/of huidskleur”); en met een bijzonder opzet gedaan zijn. Je moet voldoen aan ál die criteria om desgevallend veroordeeld te worden op basis van de wet op het racisme.

Wat aanvoelt als racisme is niet noodzakelijk racisme in de juridische betekenis van het woord. In 2014 waren er honderden meldingen bij de politie over het ‘Minder minder minder’-spelletje dat Filip Dewinter online zette in de aanloop van een verkiezingscampagne dat jaar, waarbij de speler onder meer moslimterroristen kon neerknuppelen, verbodsborden kon plakken op moskeeën, en bromvliegen met de gezichten van onder meer Elio Di Rupo kon wegmeppen. Volgens het parket in Antwerpen was dit een zaak van mogelijke discriminatie (en dus niet van racisme volgens een van de hierboven opgesomde beschermde criteria), daarenboven met een ‘drukpersmisdrijf’. Desgevallend moest dit aan het hof van assisen voorgelegd worden, en daarvoor wilde men de kosten niet maken. Het parket vroeg Dewinter wel het spelletje offline te halen, wat Dewinter deed – zijn boodschap had intussen toch al de beoogde ruime weerklank gekregen.
Op overtredingen tegen de wet op racisme staan gevangenisstraffen tot maximum een jaar cel en een geldboete van maximum 1.000 euro (te vermenigvuldigen met de zogenaamde ‘opdeciemen’, momenteel is dat x 8). Maar wat wordt aan straffen uitgesproken, en wat wordt dat in de praktijk?
De twitteraar die Yasmien Naciri en een tweede persoon belaagde, kreeg een werkstraf van 48 uur en moet een schadevergoeding van enkele honderden euro’s betalen; de twitteraar die Els Keytsman en Rachida Lamrabet belaagde kreeg tien maanden gevangenisstraf met uitstel gedurende vijf jaar, en moet een schadevergoeding van enkele duizenden euro’s betalen; Gunther Vleminx werd veroordeeld tot het betalen van een geldboete van enkele honderden euro’s en een gevangenisstraf van tien maanden, beide met uitstel tot drie jaar; Noël Cazaerck werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden en een geldboete van enkele duizenden euro’s; Henki Devos kreeg een celstraf van twee maanden en een geldboete van enkele honderden euro’s.
De gevangenisstraffen met uitstel gedurende drie of vijf jaar worden niet toegepast indien er binnen die periode niet opnieuw strafbare feiten gepleegd worden; de effectieve gevangenisstraffen uit bovenstaand lijstje worden gezien de korte duur in de praktijk niet uitgevoerd. De “enkele duizenden euro’s” die sommigen moeten betalen als geldboete en/of schadevergoeding bedragen niet eens de helft van de maximumboete bij het overtreden van de wet tegen racisme.

Gunther Vleminx, intussen actief bij Voorpost, wilde niet antwoorden op de vragen van De Standaard; Henki Devos was niet bereikbaar. De man die Yasmien Naciri en een tweede persoon belaagde op Twitter erkent vandaag “dat hij dat niet had moeten doen”. De man die Els Keytsman en Rachida Lamrabet op Twitter belaagde geeft nu toe dat “hij te ver is gegaan” en zijn veroordeling terecht is. Noël Cazaerck zegt daarentegen: “Een boete betalen verandert je mening niet.”
Die laatste uitspraak is meteen ook de titel boven het artikel in De Standaard, maar er is toch meer aan de hand. Gunther Vleminx en Henki Devos zijn waarschijnlijk ook niet van gedacht veranderd. De twee veroordeelde twitteraars hebben wél het nodige schuldinzicht. Een boete verandert soms toch een mening. Voor alle vijf geciteerde veroordeelden geldt echter dat ze online niet meer dezelfde activiteiten ontplooien als waarvoor ze veroordeeld zijn. Dat is toch winst voor de samenleving na hun veroordeling.

Maar voor elke veroordeelde staat een meervoud van mensen die niet vervolgd worden bij gebrek aan mensen, middelen en goesting om de wetgeving te laten naleven. Daarenboven voelen de hier aangepakte ‘kleine garnalen’ zich gesterkt door wat anderen uitkramen en/of tolereren. Het is zoals Rachida Lamrabet tot slot van het artikel in De Standaard zegt: “Door daders te vervolgen en te veroordelen, kun je grenzen aangeven. Ik denk dat we pas echt winst kunnen boeken als politici en andere publieke figuren hun taal zuiveren van haat.”
